“Dit was wat Hij zei: De tijd is aangebroken, het koninkrijk van God is nabij; kom tot inkeer en hecht geloof aan dit goede nieuws”(Marcus 1:15 NBV)

De Protestantse Kerk in Nederland heeft als jaarthema voor het nieuwe seizoen 2024/2025 gekozen voor “Als nieuw. Leven in het licht van Gods Koninkrijk”. Maar ja, waar denk je dan aan bij zo’n thema? Wat versta je onder het Koninkrijk van God? Het blijkt in de praktijk dat daar heel verschillend over gedacht wordt: de één ziet het koninkrijk inderdaad als iets dat pas later komt, een hoopvolle toekomst waar we naar mogen uitzien. En dat geeft moed en kracht om het vol te houden in onze wereld met al haar ellende en verdriet en lijden. Een ander ziet het Koninkrijk hier al wel, nl. daar waar mensen naar elkaar omzien en op zoek zijn naar vrede en gerechtigheid. Hoe zien wijzelf het Koninkrijk? Ik vermoed dat ook wij in de gemeente er allemaal verschillend over denken.
Maar wat zegt de Bijbel er precies over? We kijken eens naar een paar woorden uit het evangelie naar Marcus. Marcus is kort van stof. Na de inleidende woorden: “Het begin van het Evangelie van Jezus Christus, Zoon van God” zitten we in vs. 14 en 15 al bij de kern van waarvoor Jezus op aarde kwam. Namelijk om het goede Nieuws, het Evangelie te vertellen dat het koninkrijk van God nabij is gekomen. En dat mensen zich daarom moeten bekeren en Jezus’ woorden in geloof moeten aannemen. Jezus zegt dus dat het Koninkrijk al gekomen is. Maar hoe dan? Omdat Jezus zelf gekomen is, als Koning van dat rijk. In Hem is het rijk, de werkelijkheid van God onder ons. En hoe krijgt dat Rijk dan verder vorm? Doordat mensen zich bekeren, zich omkeren van een leven naar eigen inzicht naar een leven met God. En doordat ze het Woord van God gaan geloven en er uit gaan leven. Eenvoudig gezegd: daar waar mensen Jezus aannemen als Koning over hun leven, daar wordt het Koninkrijk van God zichtbaar. Zonder onderdanen geen Koninkrijk.

Dus: het Koninkrijk is er enerzijds al en wordt inderdaad zichtbaar daar waar mensen Jezus volgen en proberen te leven naar de normen en waarden van Gods Koninkrijk. Tegelijkertijd is het er ook nog maar ten dele, is het nog maar een voorproefje van hoe het eens zal zijn. Als de dag aanbreekt dat de Heer terugkomt. Dan zal Jezus Koning zijn over de hele wereld en iedereen zal dat dan ook zien. En dan zal er inderdaad geen dood meer zijn, geen rouw, geen jammerklacht en geen pijn, zoals het boek Openbaring zegt (21:4).

Wat een geweldige belofte heeft God ons gegeven over die prachtige toekomst, waar we bij tijd en wijle zo naar kunnen verlangen. Maar wat een troost ook, dat het Koninkrijk ook hier al zo nu en dan mag oplichten: als we als mensen naar elkaar omzien, als we over onze eigen schaduw heen stappen en een ruzie bijleggen; als we samen, jong en oud, in de kerk zijn en het geloof delen en vieren; als we ons inzetten voor vrede en gerechtigheid; als we samen de maaltijd delen; als we bidden en zingen. Dan kunnen we al iets van het Koninkrijk ‘proeven’.

Laten wij als protestantse gemeente van Kollumerzwaag ook dit nieuwe seizoen in alles ons blijven richten op Jezus, onze Koning! En laten we blijven bidden om Zijn Geest, zodat ook door ons Gods Koninkrijk gestalte mag krijgen. Hoopvolle tekenen van en verwijzingen naar dat Rijk dat eens ten volle zal komen.

Ds. Ineke de Kok

Deze meditatie is gepubliceerd in de Tsjerkepraat van 26 september 2024