“Wat u ook doet, doe het van harte, alsof het voor de Heer is en niet voor de mensen, want u weet dat u van de Heer een erfenis als beloning zult ontvangen- uw meester is Christus.”
Colossenzen 3: 23-24
Voor de meesten van ons zijn de vakanties weer achter de rug en mogen we weer aan het werk. Voor velen een zegen, het werk verleent ons structuur, zingeving en we verdienen geld om van te leven. Voor anderen een zorg, het werk is lichamelijk of geestelijk te zwaar, je beleeft geen plezier aan je werk of wordt ondergewaardeerd. En- dat moet ook gezegd worden- voor anderen is werk niet meer dan een verlangen, ze hebben geen werk, ze kunnen niet of ze hoeven niet meer.
Vandaag gaat de tekst over geloof en werk en die koppeling is nog niet vanzelfsprekend. En als die verbinding er wel is, dan wordt die divers ingevuld. Voor de één is dat op zondag niet werken, voor de ander eerlijk en sociaal zijn en weer anderen vinden het belangrijk, hoe duurzaam ze met de schepping omgaan. In ieder geval kunnen we wel iets zeggen over wat God met ons werk te maken heeft: Hij is onze werkgever en opdrachtgever. Hij geeft aan ons werk zin en doel. Hij is degene die zorgt voor de resultaten. Hij is het die werken mogelijk maakt. Hij is het die ons gebruikt om Zijn doelen te bereiken.
Paulus schrijft deze brief aan de gemeente van Kolosse ongeveer 60 na Christus. In een tijd waar slavernij nog gewoon was, evenals het gezag van de vrouw voor de man en het gezag van de kinderen voor de ouders. Paulus spreekt in deze brief over twee groepen: Zij die gezag moeten geven, Paulus vraagt van hen gehoorzaamheid en plichtsbesef en Zij die gezag ontvangen. Van deze groep vraagt hij, dat ze hun macht zo willen uitoefenen, als waren ze de Here Jezus zelf. Dat wil zeggen vol liefde voor God, de medemens en voor heel de schepping. Paulus doet een oproep om van harte met uw werk en uw bedrijf bezig te zijn; betrokken, je uiterste best doen en met liefde en toewijding.
Want, zo stelt hij, je doet het uiteindelijk allemaal voor Hem: Uw meester is Christus. Mag de markt, de politiek, de consument, de krant of de samenleving jou niet die waardering geven die je toekomt, zie het dan zo; je werkt voor Jezus in Gods schepping.
En als onze Here Jezus Christus onze meester is, dan is zijn zelfopofferende liefde ons voorbeeld. Dan is Hij ons voorbeeld op al die plaatsen waar wij macht krijgen; in ons gezin, in ons bedrijf, in de politiek, in de kerk of de in samenleving. Dan gaan we niet heersen maar dienen. Dan zijn we steeds bezig om het beste uit de ander, uit de schepping en uit onszelf te halen. Paulus schrijft dat Jezus zorgt voor de beloning. Hij gebruikt daarvoor het woord erfenis: Dat is dus iets waar we recht op hebben. Dat is iets waar we zelf niet voor gewerkt hebben. En het is iets voor alle erfgenamen, dus voor slaven en vrijen, ongeacht je status, ongeacht of je nu werkgever of werknemer bent en ongeacht in welke omstandigheden je verkeert. Alleen je vertrouwen op God zorgt ervoor dat je erfgenaam wordt en blijft. Niets meer en niet minder.
Tenslotte nog een paar goede tips van Paulus: Blijf bidden, vraag Hem om een zegen over je werk en deel met Hem je zorgen. Blijf waakzaam, je moet niet moedeloos worden en je niet alleen laten bepalen door de omstandigheden. Blijf God danken voor alles wat Hij mogelijk maakt en jou geeft.
Paulus plaatst werk in een ander perspectief – doe daar je voordeel mee.
Pieter Knijff
Deze meditatie is gepubliceerd in de Tsjerkepraat van augustus 2018
Comments are closed.