Ik sla mijn ogen op naar de bergen, vanwaar komt mijn hulp?
Psalm 121: 1
Bovenstaande woorden maken deel uit van Psalm 121. Een psalm die bij velen van u bekend is en een houvast is in goede en slechte tijden. De psalm maakt deel uit van een reeks psalmen die ook wel pelgrimspsalmen worden genoemd. Het zijn de psalmen die door de Israëlieten werden gezongen als ze met de feesten naar de tempel in Jeruzalem trokken.
Het begint bij Psalm 120, de Israëliet voelt zich alleen thuis en hij ervaart dat zijn leven niet harmonieus is, hij heeft behoefte aan zingeving en aan mensen om hem heen. En dan komt die psalm 121. Hij verlaat zijn huis en voegt zich bij de groep. De reis naar Jeruzalem is zwaar, Jeruzalem ligt 754 meter boven de zeespiegel, de wegen ernaartoe zijn niet zonder gevaar. En de dichter vraagt zich af: “Ik sla mijn ogen op naar de bergen, van waar komt mijn hulp?” En dan komt die persoonlijke belijdenis: “Mijn hulp komt van de Heer!” Wat er ook mag gebeuren onderweg, de Heer zal mij helpen.
En dan neemt de groep het vervolg over, ze zingen het hem als het ware toe. Dit zijn de ervaringen van de gelovigen. Hoe zij God hebben ervaren door de tijden heen. Het kan niet anders dan dat die ene gelovige bemoedigd is geraakt door zoveel bijval. Vervolgens zingen ze nog Psalm 122 tot en met 132 onderweg. Om elkaar te bemoedigen, te helpen en te steunen. Juist op die ogenblikken dat het moeilijk gaat. En eenmaal bij de tempel aangekomen zingen ze Psalm 133: “Hoe lieflijk is het dat de zonen (en dochters) van ’t zelfde huis samenwonen, één liefdesband houdt hen tezaam.” En ze sluiten af met Psalm 134: “Moge uit Sion de Heer u zegenen die hemel en aarde gemaakt heeft”.
We bevinden ons in september 2020 in een turbulente tijd. We onderkennen de gevaren van onze gezondheid en die van anderen. We onderkennen ook de gevolgen van de economische crisis en de impact van allerlei overheidsmaatregelen. Maar zo langzamerhand maken we ons ook zorgen over eigen geloof en het voortbestaan van de gemeente. Hoe kom ik zelf door deze crisis en hoe houden we elkaar vast? Psalm 121 kan ons hierbij zeer behulpzaam zijn. De psalm getuigt van een levende God die je juist nu kan helpen, maar die psalm laat ook zien, hoe belangrijk de groep is. Let op! De groep ontkent de gevaren van de reis niet. Maar spreekt uit een geloofservaring dat ook dan God erbij zal zijn.
Die medegelovigen heb je nodig. Juist nu, nu het moeilijker gaat. Juist nu, nu we afstand moeten houden en maar beperkt bij elkaar mogen komen. Juist nu moeten we op zoek naar nieuwe wegen. We hebben God nodig en we hebben elkaar nodig om door deze crisis heen te komen. Jongeren en ouderen. Als je helemaal op jezelf teruggeworpen wordt is het moeilijk om je geloof vol te houden.
Op 6 september willen we een startdienst organiseren voor het komende seizoen. Het thema van deze dienst zal zijn “Pelgrimeren”. Pelgrims zijn mensen die onderweg zijn met een hoger doel. Ze willen ergens aankomen en delen met elkaar een overtuiging. We willen deze keer ook een pelgrimstocht houden in ons eigen dorp.
Het gaat erom dat we elkaar bemoedigen in het geloof en dat we een overtuiging delen. Dat we elkaar helpen, juist in deze moeilijke tijd. Ik denk ook dat we het komende seizoen het vooral moeten hebben van de kleine groep, massaal bij elkaar komen om bijvoorbeeld onze verenigingsdienst te houden, zie ik voorlopig nog niet gebeuren. Ik roep dan ook alle gemeenteleden op en nodig u uit om juist de kleine groepen te bezoeken.
Hoe dat moet, moet u ook zelf aangeven. Maar het is wel belangrijk en dat leren we juist van deze psalmen. We hebben elkaar nodig! De ontmoeting met elkaar en met God is ons diepste verlangen. Opwekkingslied 715 verwoordt het anders maar bedoelt hetzelfde als de pelgrims:
Wat hou ik van Uw huis
Heer van de hemelse legers.
Ik kan zo sterk verlangen naar
de binnenpleinen van de Heer.
Diep in mijn lijf is zo’n heimwee,
zo’n blijvende schreeuw om de Levende God.
Gelukkig wie naar U
vol van verlangen op weg zijn,
zelfs in het dorre bomendal
zien zij een bron en regenval,
gaan zij van zegen tot zegen,
naar God die verschijnt in Zijn heilige stad.
Pieter Knijff
Deze meditatie is gepubliceerd in de Tsjerkepraat van augustus 2020
Comments are closed.